Wijntip: Hoe kan ik cava correct kiezen?
Tip 1: Hoed u voor te spotgoedkoop
Het klinkt inderdaad ongelooflijk: tussen juli 2013 en juli 2014 werden er in ons land maar liefst 29 miljoen flessen cava gekocht. In absolute cijfers zijn we daarmee nummer twee achter Duitsland, maar berekend per hoofd - dus het aantal inwoners, wat een veel eerlijker berekeningswijze vormt –, zijn we onbetwist koploper. Ter vergelijking: vorig jaar dronken we officieel 9,9 miljoen flessen champagne. Maar binnen deze tsunami cava zien we dat er vooral vooruitgang werd geboekt in de ‘bas de gamme’, de spotgoedkope niche van 5 à 6 euro. En ook al schuilen er enkele degelijke producten tussen, moeten we eerlijk zijn: een kwaliteitscava moet toch minimaal 7 à 8 euro kosten. Want alleen al fles, etiket, accijnzen, transport, winstmarge en BTW slokken haast al even veel kosten op. En dan hebben we nog niet eens de bubbelwijn zélf in dit kostenplaatje opgenomen. Benader een ‘Brut’ onder de 7 euro dus héél kritisch. En koop eerst een fles om eens te proeven en latere desillusies te vermijden.
Tip 2: Het smaakaanbod
De Belgische cava-markt wordt gedomineerd door ‘Bruts’, waar we echter wel een zekere verzoeting noteren. De dosage, zeg maar het aantal gram suiker per liter wijn, lijkt in veel cuvées toch lichtjes gestegen. Waarom? Omdat het eindproduct daardoor molliger, ronder en toegankelijker smaakt, dus een breder publiek kan charmeren. Tegelijk zien we echter in onze wijnhandel ook de tegenbeweging: ‘Bruts’ met een heel lage (of geen) dosage. In de rekken vinden we ze onder labels als ‘Brut Nature’ of ‘Brut Zero’. Deze cava’s smaken iets mineraler en worden vooral door de ‘kenners’ geapprecieerd. Demi Secco’s, dus effectief halfzoete cava’s, blijven een uitzondering, want Vlamingen worden er niet echt wild van, ook al vormen ze vaak een prettige partner bij desserts. En tenslotte, wat we al eerder signaleren, zien we ook vaker rosé-cava’s verschijnen. Met als grote troef een prijskaartje tussen de 9 à 13 euro, waardoor ze hun roze champagneneefjes met vele euro’s profijt kloppen.
Tip 3: Let op de druivenmix
Circa 80 à 90% van het (witte) cava-aanbod in onze handel bestaat uit de klassieke tripartite op druivenvlak: Xarel.lo, Parellada en Macabeo. Weliswaar met wisselende percentages, maar kijk maar eens op het ruglabeltje en u treft dit vrolijke trio constant aan. Hierdoor is de stijl van veel cava’s trouwens makkelijk herkenbaar: lichtjes kruidig, met impressies van groene appel en citrus, soms zelfs groene kruisbes, lichtjes mineraal. Maar tegenwoordig differentiëren vooral kleinschalig werkende cava-huizen hun aanbod steeds vaker met cuvées waarin ook de bekende Chardonnay-druif een rol speelt. Daardoor wordt de structuur meestal romiger. Of nog: cava die uit 100% Macabeo bestaat, en daardoor tevens molliger en rijper qua textuur. Het loont dus zeker om bij aankoop eens te kijken of het etiket vermeldt welke druif domineert.
Tip 4: Let op de leeftijdsverschillen
Gevorderde cava-fans grijpen ook steeds vaker naar bubbels met jaargang, dus waarvan de druiven allemaal uit een en dezelfde oogst komen. Het voordeel van deze cuvées is dat ze vaak langer kunnen ouderen en fijner ontwikkelen, maar het nadeel is hun hoger prijskaartje. Alhoewel: het merendeel blijft onder de drempel van 15 euro. Het prijsverschil tussen twee cava’s kan echter dikwijls verklaard worden door én hun hoge rendementen bij de oogst, én hun leeftijdsverschil. De wijnbouwer mag al wettelijk ‘cava’ op het label drukken als de wijn 9 maanden in zijn kelders rijpte. Als hij bovendien ook heel zijn oogst, zonder selectiviteit, gebruikt voor de productie, kan de prijs serieus gedrukt worden ten koste van de kwaliteit. Kwaliteitsbewuste producenten laten daarom hun cuvées vaak 12, 15, 18 of uitzonderlijk zelfs 24 tot 36 maanden – voor hun (gran) reserva’s bijvoorbeeld – aanrijpen, dikwijls met een periode op eiken vaten. Daardoor worden ze een stuk complexer, maar uiteraard ook duurder. Smaakmatig kunnen we ze echter nauwelijks nog vergelijken met hun spotgoedkope broertjes die maar 9 maanden in de kelders snurkten.
Tip 5: Drink cava vlug genoeg
Pakweg 90% van het cava-aanbod is echter niet voor De Eeuwigheid bestemd. Koop deze flessen dus vooral met het oog op consumptie op kortere termijn. Het heeft weinig zin kartons van een basisbrut te stockeren in de kelder, want dat type cava moet het precies hebben van zijn fraîcheur.
Tip 6: De juiste tafelmanieren
Nog dit: de meeste cava blijkt ongeschikt om hem een gehele maaltijd door te serveren. Ideaal als aperitief of om de maaltijd af te sluiten, omdat de ‘buik’ dan iets pittiger nodig heeft en de CO2-bubbels na een zwaar menu soelaas bieden. Ook geknipt bij koude/lauwe voorgerechtjes, tapas, salades en lichte, niet te sausrijke visschotels, maar daar houdt het doorgaans mee op. Slechts de rijkere reserva’s, de betere cava-met-oogstjaar of unieke cuvées qua druivenblend, kunnen culinair wel meer keukenexperimenten aan.