Indonesische kipsaté met Atjar Tjampoer

Bereiding

1. Begin met het pellen van de sjalotjes en snij ze fijn. Zet ook al water op voor de rijst. 

2. Doe daarna voor de saus 200 g pindakaas in een kom, giet de espresso erbij en voeg de sjalotjes toe. Vervolgens voeg je ook 2 el arachideolie, 2 el bruine suiker, 2 teentjes look en 2 theelepels gemberpoeder toe. 

3. Gebruik de mixer om het citroengras fijn te hakken. Doe er de chilipeper bij en ga verder met cutteren. Voeg het mengsel bij de pindakaas. Verder mogen ook 2 theelepels komijn, 6 eetlepels ketchap manis, het sap van 1 limoen en de kokosmelk erbij. 

4. Haal nu de vijzel erbij, doe er 4 theelepels korianderzaad in en pletten maar. Voeg het korianderzaad en 1 eetlepel mosterd toe aan de pindasaus.

5. Snij de kipfilets in blokjes en laat ze minimum twee uur (maar voor het beste resultaat laat je het een nacht trekken) marineren in de saus. Prik de stukjes kip daarna op satéstokjes. 

6. Nu is het tijd om aan de Atja Tjampoer te beginnen: snij de witte kool, een sjalotje en de wortels fijn. 

7. Doe twee teentjes look, één theelepel kurkuma, twee theelepels gemberpoeder, 100 ml wittewijnazijn, 75 g rietsuiker, 1 fijngesneden chilipeper en 2 eetlepels arachideolie in een pan. Voeg er ook nog het sjalotje aan toe en zet op het vuur.

8. Doe de witte kool, wortels en bloemkoolroosjes bij in de pan. 

9. Bak ondertussen ook de satés. 

10. Wanneer de satés mooi gebakken zijn leg je ze op een bord en overgiet je ze rijkelijk met saus. De Atjar Tjampoer en rijst mogen natuurlijk ook niet ontbreken. Laat het smaken! 

voor meer recepten ga naar VTMKoken.be